Chanoekah wordt door het Joodse volk al eeuwenlang gevierd. De Joden herdenken dat God trouw is geweest en Zijn volk gespaard heeft in een verschrikkelijk moeilijke tijd. Ook wordt de nieuwe inwijding van de tempel gevierd. Die was verwoest en ontheiligd. Er was zelfs een afgodsbeeld van Zeus in geplaatst.  We willen kort de geschiedenis van Chanoekah beschrijven, zoals we deze ook terug kunnen vinden in de boeken van de Makkabeeën. Daarna noemen we drie redenen waarom dit feest ook voor ons als gelovigen belangrijk is; het is namelijk een feest wat ook alles te maken heeft met onze tijd.

Antiochus Epifanus en de Makkabeeën

Tweehonderd jaar voor Jezus’ geboorte, leefde koning Antiochus Epifanus. Hij was heerser over het Griekse Rijk, wat zich op dat moment uitstrekte van Turkije tot Egypte tot Irak. Ook Israël is in deze tijd onder de macht van Antiochus Epifanus. Het is zijn wens dat alle landen binnen zijn gebied hetzelfde zijn. Eén soort godsdienst, het Hellenisme, voert de toon. Belangrijk zijn zaken als kracht, spieren en schoonheid. Het geloof van de Joden wordt verboden:

En de koning zond brieven door de hand van zijn boden aan Jeruzalem, en aan de steden van Juda, dat zij wandelen zouden naar de vreemde wetten des lands;
Dat zij de brandoffers, de offerande en het drankoffer uit het heiligdom weren zouden.
Dat zij de sabbatten en de feestdagen zouden ontheiligen;
Dat zij het heiligdom en de heilige plaatsen ontreinigen zouden.
Dat zij altaren, bossen en afgodshuizen zouden bouwen, en varkens en andere onreine beesten slachten.
Dat zij hun zonen onbesneden zouden laten, en dat zij hun zielen gruwelijk zouden maken door al wat onrein en onheilig was, zodat zij de wet zouden vergeten, en al de rechten veranderen.
Zo wie niet zou doen naar dit woord des konings, die zou moeten sterven. (Makkabeeën 1:47-53)

Een duidelijke boodschap. Eigenlijk zijn er maar twee keuzes: óf het woord van de koning doen en leven, óf God gehoorzaam zijn en vrezen voor je leven. Er zijn er inderdaad velen die zich aanpassen aan de massa, maar er zijn er gelukkig ook die vasthouden aan het verbond met God. En Antiochus Epifanus houdt woord. Hij bouwt in de tempel een gruwel der verwoesting (een afgodsbeeld van Zeus) waarvoor de Joden moeten buigen. De Joden die vasthouden aan hun geloof worden gruwelijk vervolgd; mannen, vrouwen en kleine kinderen worden vermoord. Een van de mensen die vasthouden aan het verbond is Mattatías, die in het dorpje Modeïn vlakbij Jeruzalem woont. Mattatías en zijn zonen staan op wanneer ze zien dat iemand uit hun volk afgoderij wil bedrijven samen met de Hellenisten. Mattatías doodt deze man en ook de commandant van de koning die oproept tot afgoderij. Hierna moeten ze vluchten voor de soldaten om hun leven te redden. Ze vluchten de bergen in en vandaar uit strijden ze voor hun volk. Velen sluiten zich bij hen aan, en ze worden de Makkabeeën genoemd (naar makabi, wat strijdhamer betekent). Als Mattatias gaat sterven zegt hij tegen zijn vijf zonen het volgende:

Nu dan mijn kinderen, ijvert voor de wet en stelt uw zielen voor het verbond uwer vaderen.
Gedenkt onze vaderen, wat daden zij gedaan hebben in hun tijden, en gij zult grote heerlijkheid ontvangen, en een eeuwige naam.
Is Abraham in de verzoeking niet getrouw gebleven, en het is hem tot gerechtigheid gerekend?
Jozef heeft in de tijd zijner benauwdheid het gebod gehouden, en werd een heer van Egypte.
Pinehas, onze vader, als hij met een ijver heeft geijverd, heeft het verbond van een eeuwig priesterdom ontvangen
Jozua, als hij het woord heeft volbracht, is een rechter in Israël geworden.
Kaleb, als hij getuigenis heeft gegeven in de gemeente, heeft het erfdeel des lands gekregen.
David, in zijn barmhartigheid, heeft de troon van een eeuwig koninkrijk geërfd.
Elia, als hij met een ijver voor de wet heeft geijverd, is opgenomen in de hemel.
Ananias, Azaria, Misaël, als zij geloofd hebben, zijn uit de vlammen behouden.
Daniël is in zijn eenvoudigheid gerukt uit de mond der leeuwen. (Makkabeeën 2:50-50)

Mooi dat hier een rij geloofshelden wordt aangehaald die we allemaal kennen. Sommigen komen ook terug in Hebreeën 11 (Door het geloof..). Wist u trouwens dat de Makkabeeën in dat hoofdstuk in Hebreeën ook genoemd worden:

Zij zijn gestenigd, in stukken gezaagd, in verzoeking gebracht, met het zwaard ter dood gebracht. Zij hebben rondgelopen  in schapenvachten en geitenvellen. Zij leden gebrek, werden verdrukt en mishandeld. De wereld was hen niet waard. Zij dwaalden rond in afgelegen plaatsen en verbleven op bergen, in grotten en in holen in de aarde. (Hebreeën 11:37,38)

Op verschillende plaatsen in Makkabeeën lezen we dat zij zich inderdaad verborgen in holen en schuilplaatsen in de woestijn, bijvoorbeeld in Makkabeeën 1:57: “En maakten dat Israël zich zette in holen, in al hun schuilplaatsen.” De Makkabeeën behalen veel overwinningen en uiteindelijk veroveren ze de tempel weer terug van de soldaten en herstellen deze weer in ere. Als alles opgeruimd en schoongemaakt is steken ze de kandelaar weer aan met olie. Een prachtig verhaal van moed, standvastigheid en ook van Gods trouw.

Waarom wij als gelovigen Chanoekah mee kunnen vieren

Het verhaal van Chanoekah en de makkabeeën wordt al eeuwenlang doorverteld en gevierd door de Joden. Ook Jezus vierde dit feest, zo mogen we aannemen:

En het was het feest van de inwijding van de tempel in Jeruzalem, en het was winter. En Jezus liep rond in de tempel, in de zuilengang van Salomo. (Johannes 10:22,23)

Het feest wordt in onze tijd door steeds meer gelovigen gevierd. Waarom is dat? Daar zijn ons inziens drie goede redenen voor te noemen.

1. Allereerst is het onze verantwoordelijkheid om Gods grote daden te herdenken en door te vertellen. Ook mogen we het lijden wat Gods volk is aangedaan nooit vergeten. Dat geldt voor de gehele geschiedenis. Want dit vervolgen en vermoorden van de Joden heeft zich in de 2000 jaar hierna steeds voortgezet, eerst door de Grieken, later door de Romeinen en daarna door de Rooms-Katholieke kerk, voortkomend uit het Romeinse Rijk. In naam van het christendom en het kruis zijn miljoenen Joden en ware gelovigen (denk bijvoorbeeld ook aan de Hugenoten en de Waldenzen) door de eeuwen heen vervolgd en gedood, met als vreselijke dieptepunt de Holocaust. Laten we dit nooit vergeten, en ook beseffen dat God dit nooit vergeten is.

2. Ten tweede omdat al deze getuigenissen van standvastigheid en geloof ons kunnen bemoedigen en aansporen, in een tijd die paralellen heeft met de tijd van de Makabeeën. Daar lezen we over in Hebreeën 12 wat gelijk volgt op het eerder genoemde stuk over de Makabeeën:

Welnu dan, laten ook wij, nu wij door zo’n menigte van getuigen omringd worden, afleggen alle last en de zonde, die ons zo gemakkelijk verstrikt. En laten wij met volharding de wedloop lopen die voor ons ligt, terwijl wij het oog gericht houden op Jezus, de Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft om de vreugde die Hem in het vooruitzicht was gesteld, het kruis verdragen en de schande veracht en zit nu aan de rechterhand van de troon van God. (Hebreeën 12:1,2)

Het is voor ons misschien ook niet altijd makkelijk als we Gods woord meer willen gehoorzamen dan mensen. In deze tijd van het jaar merken we dat we anders zijn als we niet mee doen met de feesten van de wereld. Want in die zin is er niets veranderd. Het Griekse rijk van Epifanus is later overgegaan in het Romeinse rijk en daarna is de afgoderij overgegaan op de Roomse kerk en heeft het christendom besmet; vandaar dat wij nog steeds volop afgoderij om ons heen zien. Het kan weleens lastig zijn, pijn doen, je kunt je weleens eenzaam voelen, en toch geeft het blijdschap om Gods Feesten te vieren en Zijn Woord te volgen. Laten we dan beseffen dat velen ons zijn voorgegaan en dat verdrukking er bij hoort.

 Geliefden,  laat de hitte van de verdrukking onder u, die tot uw beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwam. Maar verblijd u naar de mate waarin u gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, opdat u zich ook in de openbaring van Zijn heerlijkheid mag verblijden en verheugen. Als u smaad wordt aangedaan om de Naam van Christus, dan bent u zalig (1 Petrus 4:12-14)

Jezus zegt zelf: “Zalig zijn zij die vervolgd worden om de gerechtigheid want van hen is het Koninkrijk der hemelen.” (Mattheüs 5:10)

3. Ten derde is het ‘feest van de tempelreiniging’ een blijvende oproep tot heiliging van ons leven. De gemeente wordt Gods tempel genoemd, ons lichaam wordt een tempel genoemd. Het geeft vreugde als we de tempel reinigen, als we verkeerde dingen uit ons leven belijden en wegdoen. Laten we zo onszelf ook onderzoeken, of er dingen in ons leven zijn waar God niet blij mee is. Of we ons niet bewust of onbewust hebben aangepast aan de wereld om ons heen en daarbij Gods Woord hebben losgelaten. Chanoekah is een feest van toewijding. Laten we ons voor het eerst of opnieuw weer aan de Heere Jezus toewijden, en alle onreinheid uit ons leven opruimen. Gods Geest wil ons hierbij helpen als wij hem de ruimte geven.

Daarom, geliefden, terwijl u deze dingen verwacht, beijver u om onbevlekt en smetteloos door Hem bevonden te worden in vrede en beschouw het geduld van onze Heere als zaligheid; (2 Petrus 3:14)